Studie naar de financiën van proefdieronderzoek en proefdiervrije innovaties
Publication date: 12 november 2020 | Report language: NL
Eind 2019 gaf het ministerie van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) opdracht tot een studie naar onderzoek met proefdieren en proefdiervrije innovaties. Aanleiding tot dit onderzoek waren de moties die op 19 mei 2019 werden opgenomen door leden van de Tweede Kamer.
In de moties kwamen de wensen van Kamerleden tot uitdrukking om inzicht te krijgen in a) hoeveel geld de regering jaarlijks besteedt aan onderzoek met proefdieren; b) hoeveel belastinggeld proefdiercentra besteden aan proefdiervrije innovaties, en c) de effecten van zogenaamde ‘prijsprikkels’ op het verminderen van het gebruik van proefdieren. Naast deze moties leefde de vraag of 1% van het door de overheid gefundeerde onderzoeksgeld naar dierproeven overgeheveld kan worden naar dierproefvrije investeringen.
Hoewel voor dit onderzoek gebruik is gemaakt van deze vier verschillende bronnen ( [1] inschatting van LNV, OCW, RIVM, ZonMW en NWO op basis van portfolioreview, [2] inschatting van publieke vergunninghouders op basis van hun financiële administraties, [3] inschatting op basis van bestaande literatuur, [4] interviews met onderzoekers en beleidsmakers), is het resultaat een ruwe schatting van bestedingen in zowel dierproeven als dierproefvrije innovaties, omdat op dit moment geen enkele organisatie dit systematisch registreert.
De voornaamste conclusies zijn:
- De geschatte overheidsbijdrage aan dierproeven is 50-60 miljoen euro per jaar.
- De geschatte overheidsbijdrage aan proefdiervrije innovaties is 20-35 miljoen euro per jaar.
- Het invoeren van een heffing op dierproeven is niet doelmatig of doeltreffend om het aantal dierproeven terug te brengen.
- Het invoeren van een bonus op proefdiervrij onderzoek kan wel bijdragen aan het versnellen van de transitie naar proefdiervrije innovatie, maar de gesuggereerde heffing van 1% op dierproeven levert daarvoor te weinig geld op.